(zoals de afgelopen weken uitgezonden)
Hele serie lezen: klik hier.
Afgelopen vrijdag was er iemand die vroeg of SSB niet een Collins patent was.
Ik heb dat even opgezocht.
Het eerste patent in de VS voor SSB-modulatie was toegekend op 1 december 1915 aan John Renshw Carson.
Carson die eerder docent bij MIT en Princeton, werkte op dat moment voor AT&T.
In 1922 publiceerde hij ook de wiskundige onderbouwing voor FM, inclusief de zogenaamde Carson Bandwidth Rule, waarmee de bandbreedte van een FM-signaal in een telecommunicatiesysteem kan worden berekend.
De Amerikaanse marine experimenteerde voor het begin van WW1 met SSB. De eerste keer dat de modulatie commercieel gebruikt werd was bij een telefoonverbinding op de langegolf op 7 januari 1927.
SSB werd daarnaast gebruikt in lange-afstandstelefoonlijnen, als onderdeel van een techniek voor Frequency Devision Multiplexing in de jaren 30.
Amateurs begonnen na de tweede wereldoorlog serieus met SSB te experimenteren. Dat wekte de interesse van het Strategic Air Command, die in 1957 SSB voor de communicatie van hun vliegtuigen tot de standaard maakte. Die beslissing is waarschijnlijk weer de aanleiding dat SSB nu voor de meeste kortegolfverbindingen, amateur of professioneel gebruikt wordt.
We gaan nu terug naar de historie tussen de beide wereldoorlogen.
De amateurs zijn internationaal altijd heel goed georganiseerd geweest. Om die reden kregen amateurs ook voor elkaar dat er internationaal erkenning was. Een belangrijke mijlpaal in dezen was de oprichting van de IARU in 1925. IARU is een internationale organisatie van amateurverenigingen. Per land is er één organisatie lid.
Sinds de conferentie in 1927 waar ook de eerste amateurbanden en de amateurroepnamen werden vastgesteld, doen de zendamateurs ook mee aan internationale radioconferenties en geldt de amateurdienst een gelijkwaardige radiodienst aan andere ethergebruikers.
De eerste keer dat amateurs in de wet verankerd waren was in 1904 in Engeland.
Ik heb nog niet kunnen vinden hoe dat in Nederland ging. In Nederland werd in 1905 de telegraaf- en telefoonwet van kracht die in Nederland alle verkeer via de radio en ook een deel van het verkeer via kabels aan banden legde.
Vanaf dat moment was in Nederland voor iedere zender een vergunning nodig. Ook luisteramateurs vielen onder die verguningplicht.
In 1913 was het de bekende radio pionier Jan Corver, bekend van het radioamateurmuseum, die aan minister Lely demonstreerde hoe eenvoudig het was om de radiosignalen uit de lucht te plukken.
Dat leidde er toe dat in het voorjaar van 1914 werd besloten dat de vergunning voor luisteramateurs vanaf dat moment in Nederlland gratis zouzijn. alleen als een luisterantenne minder dan 1500 meter vanaf een rijkskuststation geplaatst was, of als hij hoger was dan 30 meter was een vergunning nodig.
De vrijstelling duurde echter niet heel lang. In 1917 kwam er weer een algeheel verbod vanwege de eerste wereldoorlog.