[youtube http://www.youtube.com/watch?v=BE8b0w6H6KY&w=560&h=315]
In de review wordt tevens uitgelegd hoe je de USA-versie van de 2820 kunt laten transponderen met D-STAR.
[youtube http://www.youtube.com/watch?v=BE8b0w6H6KY&w=560&h=315]
In de review wordt tevens uitgelegd hoe je de USA-versie van de 2820 kunt laten transponderen met D-STAR.
De D-STAR-stream van PI1DSA is nu ook weer via de smartphone (o.a. iPhone/Android/BlackBerry) te beluisteren. Dit gaat door via app-store of equivalent de app ‘Scanner Radio’ te installeren en dan te zoeken op PI1DSA. De stream vergt op de smartphone slechts 16kbps aan dataverkeer.
Met dezelfde app kunnen vele honderden scannerfrequenties worden beluisterd, zowel binnen de VS en daarbuiten. Ook zijn er veel amateurrepeaters via de app te horen.
Informatie over de stream van PI1DSA en twee andere streams (o.a. eentje met Tetra- en 70 MHz-ontvangst) is sinds kort te vinden op de onderstaande URL.
Emergency Radio is na een aantal problemen met de servers ook weer ‘up’. De site van het internet-radiostation draait nu nog experimenteel. Als het idee aanslaat gaan we er komend najaar serieus werk van maken. Luister in de tussentijd maar eens wat het is. 24 uur per dag nieuws over zendamateurisme (meest in het Engels), live ontvangst en verschillende rondes.
Behalve een 192 kbps stereo-stream is er ook een smartphone-vriendelijke stream van het internetradiostation met 48 kbps mono. De URL hiervan is ook te vinden op de streaminfo-pagina zoals die hierboven staat vermeld.
Vanaf het bovenstaande scherm wordt Emergency-Radio bestuurd. Linksboven de VU-meter van het uitgaande signaal. Rechts het telkens roulerende blok aan programma’s dat er te beluisteren is. Het is ook mogelijk om zonder onderbrekingen ‘live’ te gaan. De VU-meter links in het midden is van de stream met Tetra (L) en 70 MHz-ontvangst (R). De D-STAR-stream en de verschillende audio-servers voor de streams hebben een apart beeldscherm voor de bediening. Daarnaast zijn bij de verspreiding van de signalen door het land meerdere andere servers betrokken, o.a. in de provincies Brabant en Flevoland.
Goed nieuws voor D-STAR-liefhebbers: er is weer een D-STAR-ronde! Deze nieuwe ronde is voortgekomen uit een groepje mensen dat elkaar dagelijks in FM spreekt op de Amersfoortse 2m-repeater PI3AMF. Dit hechte groepje bestaat al een aantal jaren, ze zien elkaar vaak op radiobeurzen en als je goed zoekt is er zelfs een ‘smoelenboek’ op internet te vinden van het gezelschap.
De twee belangrijkste mensen achter de nieuwe ronde zijn Evert PE1DON en Bert PE1KZU. De laatste van de twee reed jarenlang dagelijks heen en weer vanuit Overijssel naar zijn werk op Schiphol. Bert: “Nu ik door een bedrijfsovername vanuit huis werk mis ik die gezelligheid en saamhorigheid. Omdat een paar van de “dagelijkse contacten” ook beschikken over D-STAR heb ik enige tijd geleden aan Evert en Frans (PE0F) voorgesteld om een avondspits rondje op D-STAR te houden. Zij waren daar onmiddellijk enthousiast over.”
Het concept van de ronde gaat op dezelfde ongedwongen manier als bij de gesprekken op PI3AMF, er is bijvoorbeeld geen rondeleider en er is ook geen inmeldronde. PE1KZU: “Wie mee wil doen meldt zich in. Iedereen houdt zelf in de gaten wie er meedoet en aan wie de microfoon doorgegeven moet worden. Nieuwe inmelders worden in de cirkel van deelnemers “tussengevoegd” waarna de rondevolgorde (weer) aangepast wordt. Elke inmelder mag inhaken op een onderwerp, of er zelf eentje aandragen.”
Onderwerpen in de ronde hoeven niet per se over D-STAR te gaan. D-STAR is uitsluitend gekozen vanwege het bereik van de gesprekken, dat in elk geval landelijk is en in principe wereldwijd.
Of men het op termijn redt zonder rondeleider wordt misschien nog spannend. De eerdere D-STAR-ronde kende op de pieken van zijn succes een enkele keer zelfs meer dan 70 deelnemers terwijl getallen boven de 50 destijds geen uitzondering waren. Omdat het bij D-STAR absoluut noodzakelijk is om tussen de doorgangen voldoende ruimte voor inmelders te laten komt het belang van iemand die in de gaten houdt of die ruimte er is veel eerder dan bij analoge modulatiesoorten in beeld. Die lange wachttijd komt niet voort uit vertraging van D-STAR zelf, maar vanwege de tijd die het duurt om alle op het netwerk aangesloten repeaters te laten afvallen. Wanneer je eerder zendt ben je helemaal niet, of niet op alle repeaters hoorbaar en kan het zelfs voorkomen dat twee tegelijk zendende stations elk tegelijkertijd op een deel van de repeaters hoorbaar is.
De behoefte aan een dergelijke ronde is in elk geval groot. Auteur van dit artikel was anderhalf jaar lang rondeleider van de voorganger van deze ronde en bij hem kwamen sinds het stopzetten van de eerdere ronde in januari van dit jaar nog geregeld vragen binnen uit zowel Nederland als Vlaanderen of hij bekend was met een eventueel nieuw initiatief. Wel: dat is er nu!
De ronde vindt net als de eerdere D-STAR-ronde plaats op dinsdagavond. Voorlopig is dat op de tegenwoordig meest gebruikte reflector DCS007B, men denkt na over het eventueel gebruik van een andere reflectormodule in een later stadium. De ronde start om 20.30 uur.
©2012, John Piek (QRM! Magazine) – Medegebruik (in ongewijzigde vorm) van dit artikel is toegestaan mits als bronvermelding een link naar www.QRM-magazine.nl geplaatst wordt.
Sinds gisteravond is de internetstream van D-STAR-repeater PI1DSA na een pauze van ruim een jaar opnieuw online gekomen. De stream was ongeveer een jaar geleden stopgezet nadat de site onlinereceivers een stream met behulp van een blauwe dongle in de lucht had gebracht die vrijwel dezelfde functionaliteit had. Er kwam toen ook een tweede stream, ook met een blauwe dongle op de website van REF017 die korte tijd gelden op DCS007b werkt, en tegenwoordig ook op de site bij die reflector ( dcs007.xreflector.net ) kan worden beluisterd. Later is de dongle-stream op onlinreceivers, die immers hetzelfde liet haren als die van DCS007b offline gegaan.
De beide streams die er nu zijn verschillen doordat de stream op DCS007b altijd op de D-STAR-reflector werkt, en de stream van PI1DSA op onlinereceivers via de ether op de Amersfoortse repeater. Dat laatste betekent dat wanneer PI1DSA lokaal gebruikt wordt, deze gesprekken wel op de DSA-stream te beluisteren zijn, maar niet op de DCS007b-stream. Hetzelfde geldt als de Amersfoortse repeater op een andere reflector dan DCS007b is gekoppeld, wat met name ’s nachts nog wel eens gebeurt, bijvoorbeeld in de toekomst als PI1DSA naar de regionale reflector DCS007U van de provnicie Utrecht overschakelt.
Behalve op onlinereceivers.net is de stream van PI1DSA ook weer te beluisteren op www.ch73.net
Naast de stream van PI1DSA wordt ook nog steeds gewerkt aan een stream voor de tetra-gesprekken in de regio Amersfoort. Deze zal binnenkort ook via onlinereceivers.net te beluisteren zijn. Deze beide streams liften mee op de server van Emergency Radio.
Rechtstreekse link van de D-STAR-stream van PI1DSA:
onlinereceivers.net/pi1dsa.php
Link van de toekomstige TetraMonitor, die binnenkort online komt:
onlinereceivers.net/TetraMon.php
Emergency Radio:
Op de locatie van het DARC-hoofdkantoor (DARC = de grootste Duitse amateurvereniging) zal in het vervolg naast het D-STAR relais DBØAFZ nog een tweede digital voice-repeater in de lucht zijn.
Op de HAM RADIO in Friedrichshafen werd de overdracht gevierd van een MotoTRBO DR-3000-repeater, een schenking van Motorola Solutions GmbH Duitsland. DARC-voorzitter Steffen Schöppe, DL7ATE nam de DMR-repeater met blijdschap in ontvangst.
Het nieuwe relais zal na toewijzing van een frequentie door de Bundesnetzagentur (de Duitse AT) niet alleen voor lokaal verkeer beschikbaar zijn, maar ook via de zogenaamde IPSC-technologie wereldwijd via een internationaal netwerk. Het nieuwe relais is een verdere verrijking van het door de DARC ondersteunde repeaternetwerk. Voor zover het geplande traject functioneert, zou het nieuwe relais rond het moment van de viering van 40 jaar amateur-radio-centrum in Baunatal op 22 september QRV moeten zijn.
Bronvermelding: DARC.de
[youtube http://www.youtube.com/watch?v=FXlXIO4woU8]
Het display met onder andere de roepnaaminformatie is bij D-STAR-apparaten tamelijk lastig om te lezen als je onderweg bent. De ID-31E kan de roepnaam ook gesproken in het NATO-spellingalfabet weergeven.
Door PA3ANG
Na veelvuldig op lezingen te hebben voorgesteld dat de ultime oplossing voor de zelfbouw van D-STAR apparatuur afhankelijk is van een klein AMBE bordje, een printplaat waarmee de DV codec (codering / decodering) kan worden uitgevoerd, is deze sinds eind juni verkrijgbaar. (shop.dvrptr.de)
Op de PCB vindt je de AMBE chip. Beetje in en ouput logica en klaar is kees. Nou niet helemaal. De PCB wordt op de DVRPTR kaart gestoken en wordt ook vanuit deze met een micro-pocessor voorziene kaart bestuurd. Voor meer info over de DVRPTR zie mijn eerdere post op pa3ang.nl. De kaart vormt dan één geheel met de DVRPTR kaart en past ook nog eens in de behuizing.
De software is uitgebreid met de AMBE voice functies voor het gebruiken van een 9K6 FM-TRX of het gebruik van de kaart om een blauwe dongle te simuleren. Dus rechtstreeks op internet zonder Zend/Ontvanger gebruik. De kosten zijn zeer acceptabel. De DVRPTR kaart kost (tegenwoordig) €75 (beetje duurder dan in mijn vorige blag) en de AMBE kaart €79. Bij een combinatiepakket krijg je korting!. Zie voor de aanschaf de dvrptr winkel via de bovengenoemde link.
En werkt het?
Nou je moet wel even stoeien met de instellingen en parameters. Vervolgens loop je tegen de kwaliteit van met name de microfoon aan. In mijn geval had ik een goedkope Taiwan replica van een Kenwood type Speaker/Mike via Ebay gekocht. De rapporten waren teleurstellend, maar na het openboren van de behuizing ter hoogte van het electret element werd het in elk geval verstaanbaar. Ik moet nog op zoek naar een betere mikrofoon. De Team JD-3602 schijnt een goede te zijn! Via de Echo NL op DCS007 Z kun je trouwens de modulatie testen.
Zowel de ‘Blauwe Dongle’ mode als het gebruiken van de AMBE kaart samen met een FM Transceiver gaan prima. Je kunt voor het gebruik via de ether zelfs de instellingen zoals URCALL, RPT1, RPT2 en MYCALL opslaan in de DVRPTR EEPROM. en daarna kun je de DVRPTR+AMBE in combinatie met een analoge FM set (met 9K6 aansluiting) gebruiken zonder PC. Weliswaar heb je geen display, dus je maakt ‘blind’ de verbindingen, maar het werkt prima.
Wel kreeg ik de melding dat de modulatie soms of altijd ‘bezopen’ klonk (dus echt alsof ik dronken was). Niet alle stations hadden er last van, maar nadat ik bij toeval (of slim nadenken? hik) de USB verbinding met de PC verbrak en dus ‘stand-alone’ werkte waren de ‘bezopen problemen’ voorbij. (Zal het melden op het forum)
De instellingen van de DVRPTR laten verder ook gewoon hotspot en/of repeater gebruik toe en je merkt dat de software hoe langer hoe rijker wordt. Eventuele problemen (zoals die bezopen modulatie) zullen dan ook wel snel worden opgelost.
Hier nog een beeld dat samen met de foto helemaal bovenaan de totale opstelling weergeeft, met op de B-band van de TM-V71 de frequentie van D-STAR-repeater PI1UTR.
Kortom. Ik heb nu een klein kastje dat erg veel kan en voornamelijk zijn fuctionaliteit door software verkrijgt. Nu nog de iTRX kaart erbij en je hebt een node / repeater, DV dongle en DVAP ineen.
Medegebruik van dit artikel en/of foto’s is vanwege rechten van derden in dit geval NIET toegestaan.
Dashboard van de nieuwe DSC007-reflector:
Dashboard van de eerder meestal gebruikte REF017:
Andere pagina’s met live info over verkeer DCS007 zijn: www.dstarinfo.nl en www.denhelderdigitaal.nl/status
..
Regio-indeling van de verschillende reflectormodules van DCS007
Traditioneel |
|||
Reflec- | linken met | ||
tor- | Linken met | Your Call (UR) | |
module | Doelgroep | DTMF | commando |
A | World wide | D701 | DCS007AL |
B | Nederland | D702 | DCS007BL |
C | Noord-Nederland | D703 | DCS007CL |
D | Midden-Nederland | D704 | DCS007DL |
E | Zuid-Nederland | D705 | DCS007EL |
F | Friesland | D706 | DCS007FL |
G | Groningen | D707 | DCS007GL |
H | Noord-Holland | D708 | DCS007HL |
I | Zuid-Holland | D709 | DCS007IL |
J | Flevoland | D710 | DCS007JL |
K | Drenthe | D711 | DCS007KL |
L | Limburg | D712 | DCS007LL |
M | Gelderland | D713 | DCS007ML |
N | Noord-Brabant | D714 | DCS007NL |
O | Overijssel | D715 | DCS007OL |
P | Zeeland | D716 | DCS007PL |
Q | DARES | D717 | DCS007QL |
R | Ned. Antillen | D718 | DCS007RL |
S | Aruba | D719 | DCS007SL |
T | Techniek | D720 | DCS007TL |
U | Utrecht | D721 | DCS007UL |
V | DWGN | D722 | DCS007VL |
X | Holland-Praag | D724 | DCS007XL |
Z | Echo NL | D726 | DCS007ZL |
Wat je de laatste tijd nogal eens op de banden hoort is dat het tegenwoordig erg rustig is op D-STAR. Dat klopt grotendeels niet. D-STAR is niet een rage geweest die nu wel weer voorbij zal zijn. Digitale spraak (DV) is een nieuwe ontwikkeling die blijvend bij het amateurisme zal horen, en D-STAR is de enige speciaal voor amateurs gemaakte modus die nu in Nederland verkrijgbaar is waarmee digital voice kan worden bedreven.
Het lijkt voor buitenstaanders en ook voor een aantal gebruikers van D-STAR wel een stuk rustiger. Dat is voor een heel groot gedeelte slechts schijn. Zo is er sinds een aantal maanden een nieuw systeem voor de reflectors gekomen, DCS-reflectors, dat enkele van de nadelen van de eerdere DPLUS- en X-REFLECTORS niet heeft. De reflectors bij D-STAR zijn (net als bij EchoLink) de backbones die de verschillende repeaters met elkaar verbinden.
Na de komst van het nieuwe systeem zijn niet alle D-STAR-repeaters direct naar de nieuwe reflectors overgeschakeld. Ook nu nog staan er repeaters op de oude REF017A waar het inmiddels uitermate rustig is. De nieuwe landelijke reflector voor Nederland is DCS007B, maar DCS biedt daarnaast ook de mogelijkheid om van regionale reflectors gebruik te maken, het is zelfs de bedoeling dat iedereen daar uiteindelijk op over gaat. Waar het feit van één landelijke reflector D-STAR in het begin extra druk liet lijken, lijkt het hierdoor nu dus ook extra rustig 🙂
De voor amateurs nieuwe digitale modussen als Tetra en DMR, en ook het al langer gebruikte Apco P25 zullen D-STAR vrijwel zeker ook niet gaan verdringen. Mensen die bijvoorbeeld wat met Tetra doen zijn voor een deel helemaal niet geïnteresseerd in D-STAR. Dat is onder andere omdat sommige amateurs problemen hebben met de vocoder die in D-STAR en de meeste andere digitale systemen gebruikt worden. Deze kritiek geldt voor Tetra grotendeels niet. Tetra en DMR zijn daarnaast leuk omdat het nieuwe en andere systemen zijn. Dat is voor mensen die met name in de techniek geïnteresseerd zijn een nieuwe uitdaging. De meeste amateurs die met Tetra bezig zijn, hebben daarnaast ook gewoon D-STAR en zijn gewoonlijk niet van plan om met D-STAR, waar momenteel veel meer activiteit is te stoppen. Ook met D-STAR zijn er overigens nog nieuwe dingen uit te proberen waar eerder in Nederland nog niet veel mee gedaan is, zoals de snellere data-modus op 23 cm.
Nieuwe systemen zoals dat van Yaesu die opkomen, zouden op termijn D-STAR eventueel wel kunnen verdringen. Ze moeten dan echter wel een achterstand van zo’n acht jaar overwinnen. In die jaren zijn er daarbij natuurlijk ook ontzettend veel D-STAR-apparaten verkocht. Dat neemt niet weg dat nieuwe dingen natuurlijk altijd interessant zijn. Het is ook een beetje ‘des amateurs’ om dat allemaal te willen uitproberen.
Binnenkort heeft QRM! Magazine op internet een artikel over de nieuwe DCS-reflectors.
©2012, John Piek (QRM! Magazine) – Medegebruik (in ongewijzigde vorm) van dit artikel is toegestaan mits als bronvermelding een link naar www.QRM-magazine.nl geplaatst wordt.
In Europa wordt voor digitale communicatie bij overheidsdiensten in de meeste gevallen TETRA gebruikt. Dit gebeurt ook vaak bij commercile digitale netwerken. In de VS is daarvoor het hier veel minder bekende APCO Project 25 gebruikelijk. Wat zijn eigenlijk de verschillen tussen beide typen netwerk en apparatuuur? En is het wel zo logisch om bij commercile digitale netwerken hier direct van TETRA uit te gaan? De verschillen zijn in ieder geval groot. APCO lijkt vooral gemaakt vanuit de filosofie van een geleidelijke overgang naar een nieuw netwerk, en TETRA moet als er geen extra etherruimte beschikbaar is in ieder geval in één keer in plaats van de bestaande infrastructuur in gebruik genomen worden. Maar er zijn ook andere verschillen.
In Nederland heeft de digitalisering van de hulpverleningsdiensten inmiddels plaatsgevonden, maar in een aantal landen moet de omschakeling in ieder geval voor een deel nog plaatsvinden. In vrijwel heel Europa wordt daar TETRA voor gebruikt, en in mindere mate TETRAPOL. In de Verenigde Staten wordt door de hulpverleningsdiensten algemeen APCO Project 25 gebruikt, een pakket normen voor digitale communicatie, speciaal ontwikkeld voor landmobiel gebruik bij hulpverleningsdiensten. Het systeem heeft een aantal overeenkomsten met het Europese TETRA, bijvoorbeeld in die zin dat het mogelijk is dat de verschillende hulpverleningsdiensten (politie, brandweer, ambulance) bij calamiteiten met elkaar kunnen communiceren via de gemeenschappelijke infrastructuur. Er zijn ook een aantal verschillen tussen beide systemen. Bij overheden ligt dit vaak niet voor de hand, maar bij aanbestedingen van private partijen voor eigen netwerkinfrastructuur zie je regelmatig dat zowel naar TETRA als naar APCO P25 gekeken wordt. In de jaren negentig waren het vooral Motorola en EF Johnson die de markt voor APCO P25 voornamelijk domineerden, tegenwoordig zie je dat de meeste aanbieders van tweewegradiosystemen bestemd voor hulpdiensten in de VS in ieder geval iets voor APCO Project 25 in hun pakket hebben.
Oude apparatuur
APCO Project 25 is ontwikkeld door de Association of Public Safety Communications Officials International (APCO), samen met een aantal producenten van apparatuur en overheidsorganisaties. In de VS is het voor een aantal overheidsorganisaties verplicht om deze standaard te gebruiken. De standaard is ook primair ontwikkeld voor gebruik door Amerikaanse hulpverleningsdiensten. Een van de verschillen met TETRA is dat alle apparatuur voor P25 zowel digitaal als analoog gebruikt kan worden en dat bij overschakeling het systeem dus nog een tijdlang gewoon ook de oude apparatuur kan blijven ondersteunen. De meeste apparaten beschikken hiertoe over een zogenaamde mixed mode, waarbij automatisch voor ofwel analoog of digitaal wordt gekozen, afhankelijk van welke modus bij ontvangst binnenkomt. Project 25 is bovendien veel sterker in wat bij TETRA de DMO-modus heet. Zowel functioneren binnen een geschakeld netwerk als het functioneren van apparaat naar apparaat, al dan niet via een relaisstation wordt volwaardig ondersteund.
P25 gebruikt als vocoder een IMBE-chip. Dit is de voorloper van de veelgebruikte serie van AMBE-chips van Digital Voice Systems, Inc., zoals die in veel satelliettelefoonnetwerken gebruikt wordt en in het D-STAR-systeem voor radioamateurs. De geluidskwaliteit van P25 wordt hierdoor gewoonlijk als iets minder goed ervaren dan die van systemen met AMBE of de door TETRA gebruikte ACELP . Overigens wordt gewerkt aan een fase 2 van P25, waarbij een AMBE-vocoder zal worden gebruikt, wat het tevens mogelijk maakt om de kanaalbreedte te halveren en zo een verdubbeling van het aantal kanalen te realiseren.
Motorola XTL2500 mobiele zendontvanger voor APCO P25 (copyright Motorola)
Encryptie
TETRA beschikt over een eigen versleuteling (TETRA Encryption Algorithm of TEA) met op dit moment vier verschillende methoden van encryptie, TEA1 t/m TEA4. Deze vier zijn niet in alle landen verkrijgbaar vanwege export-restricties. Er is niet veel bekend gemaakt over deze versleuteling, maar experts zijn het erover eens dat het een 80 bits versleuteling betreft. Vrij zeker vanwege de eis dat transmissiefouten niet mogen worden doorgestuurd is ook dat het gaat om stroomvercijfering (stream cipher), en niet om blokvercijfering. Ook RC4 en de in WW2 door de Duitsers gebruikte Enigma gebruiken vormen van stroomvercijfering. TEA2 is alleen toegestaan voor gebruik door Europese publieke hulpverleningsorganisaties, en TEA3 is bedoeld voor wanneer TEA2 niet gebruikt kan worden. TEA1 en TEA4 hebben een veel lagere graad aan veiligheid en zijn bedoeld voor commercieel gebruik. TETRA gebruikt voorzover bij het onderzoek voor dit artikel aangetroffen altijd een vorm van encryptie. P25 heeft geen eigen encryptie maar ondersteunt encryptie volgens DES (met 56 bits), Triple-DES met twee en met drie sleutels (112 en 168 bits), AES (tot 256 bits), RC4/Advanced Digital Privacy (40 bits), ACCORDION, BATON, FIREFLY, MAYFLY, SAVILLE TYPE 1. Ook ongecodeerde uitzendingen zijn met P25 mogelijk.
De nu gebruikte P25 fase 1 kan zowel in FM (C4FM) gebruikt worden, als met als digitale uitzendingen van 4800 baud en 2 bits per symbool, wat neerkomt op 9600 bits per seconde. Deze bitstream wordt gemoduleerd in CQPSK, wat als voordeel heeft dat dezelfde detectiemethode zowel voor C4FM als voor CQPSK gebruikt kan worden. Er worden kanalen toegepast in een 12,5 kHz-raster, en er is per etherkanaal slechts één uitzending tegelijk mogelijk. TETRA maakt gebruik van zogenaamde pi/4 DQPSK als modulatievorm. met een snelheid van 18000 baud met ook telkens 2 bits. Dit resulteert bij TETRA in 36000 bps. Een uitzending van TETRA gebeurt in tegenstelilng tot P25 in bursts, wat de bouw van vermogensversterkers voor TETRA-apparatuur aanzienlijk compliceert. Die bursts komen doordat bij TETRA een kanaal van 25 kHz in tijd wordt opgedeeld tussen vier verschillende gebruikers, die elk dus maar een kwart van de tijd beschikbaar hebben. Alleen binnen dat eigen “tijdslot” mag een uitzending plaatsvinden. Overigens maakt ook GSM van een dergelijk systeem gebruik. (Grootste verschil met GSM is dat bij TETRA de verbindingsopbouw zeer veel sneller en ook betrouwbaarder plaatsvindt).
Motorola XTS2250 portofoon voor APCO P25 (©Motorola)
Frequentiebanden
Een belangrijk verschil tussen P25 is verder dat Project 25 relatief vrij is in de frequentiekeuze. Apparatuur voor zowel VHF als UHF is goed verkrijgbaar. Bij TETRA zijn er twee frequentiebanden die bijna overal gebruikt worden: ruwweg tussen 380 en 395 MHz voor gebruik door hulpdiensten en ruwweg tussen 410 en 430 MHz voor commercieel gebruik. Die laatste band wordt op veel plekken ter wereld overigens ook gebruikt voor analoge trunking-netwerken. TETRA-apparatuur voor andere frequenties dan bovengenoemde is veel minder algemeen verkrijgbaar.
Wanneer je verschillende bronnen op internet bekijkt, dan valt op dat TETRA vergeleken met analoge trunked-netwerken en met P25 een beduidend slechter bereik heeft dan de andere twee. Dit komt waarschijnlijk door het relatief lage zendvermogen van 1 watt van de TETRA-portofoons (bij TETRA doorgaans overigens ‘terminal’ genoemd). De geluidskwaliteit van TETRA is zoals ook boven al een keer aangehaald weer aanzienlijk beter dan P25 fase 1. Bij ombouw van een analoog-trunked naar een TETRA of P25-netwerk in dezelfde frequentieband, moet het aantal cellen van de digitale netwerken tussen ruim een factor 2 en een factor drie groter worden dan bij de analoge variant. Daarmee zal dus het aantal opstelpunten voor antennes met die factor moeten worden vergroot.
Grootste verschil interoperabiliteit
Resumerend is het meest in het oog springende verschil tussen TETRA en Apco P25 toch wel de achterwaartse compatibiliteit en de interoperabiliteit. P25-apparatuur kan bijna altijd met elkaar communiceren. Dit is in onafhankelijk van of de apparatuur van een andere leverancier is, in een ander netwerk functioneert, in analoge of digitale configuratie, en onafhankelijk of de apparatuur gewoonlijk stand-alone of in een netwerk opereert, via een lokaal relaissstation of basispost, of van apparaat naar apparaat. TETRA is echt gemaakt op werken binnen het eigen netwerk. Voor gebruik in andere TETRA-netten moeten apparaten doorgaans door de leverancier worden omgeprogrammeerd, terwijl je je tegelijkertijd niet aan de indruk kunt onttrekken dat DMO tot nu toe althans in ieder geval altijd een ondergeschoven kindje is geweest. Aan die grotere interoperabiliteit zitten overigens zowel voor als nadelen. Zo is P25 vrij zeker kwetsbaarder voor misbruik, en als de mixed modus wordt gebruikt heeft een gebruiker misschien niet in de gaten of een uitzending wel of niet gecodeerd cq. beveiligd wordt uitgezonden.
Bronvermelding: o.a. www.apcointl.org, Wikipedia
©2012, John Piek (QRM! Magazine) – Medegebruik van dit artikel en/of foto’s is vanwege rechten van derden in dit geval NIET toegestaan.
Dit artikel verscheen eerder in het blad Verbinding.